fbpx
Tickets bestellen
Adres
Lange Voorhout 74
2514 EH Den Haag
T: 070-4277730
E: info@escherinhetpaleis.nl
Terug

Spoorbrug over de Rijn

Door het werk van vader Escher woonde het gezin sinds 1903 in Arnhem aan de Utrechtsestraat 19. In 1912 komt Mauk op de Lorentz HBS in de Schoolstraat. In een interview in 1968 beschrijft Escher zijn middelbare schooltijd als de ‘Arnhemse Hel’. Hij blijft in de tweede klas zitten, het volgende jaar gaat wel wat makkelijker. School heeft duidelijk niet zijn hartstochtelijke belangstelling. Hij tekent graag in het ruime lichte lokaal aan de voorkant van het gebouw. Hand- en lijntekenen zijn de enige vakken waar hij een acht voor blijft halen. Escher raakt bevriend met de tekenleraar, F.W. van der Haagen. Die zal hem uiteindelijk aanraden de grafische kant op te gaan. Bij hem maakt Escher dan ook linosneden, maar hij waagt zich nog niet aan het hout.

Escher had op de middelbare school een vriendenclubje: broer en zus Jan en Fiet van der Does de Willebois, Conny Umbgrove, Roosje Ingen Housz en Bas Kist. Bas zat op het gymnasium. Bas en Escher leerden elkaar kennen bij de catechisatie van dominee Heering van de Remonstrantse Gemeente. Dit vijftal blijft vrienden voor het leven. Met Conny, Bas en Roosje vormt hij het jeugdige strijkkwartet “Arnhem en Omstreken”, waarin Mauk cello speelt. Roosje is het eerste meisje waar hij verliefd op werd. Ze trouwde later met Jan van der Does de Willebois.

Achter het huis aan de Utrechtsestraat lag het terrein van de firma Stokvis, een fabriek waar oorlogsmateriaal werd gemaakt. Tijdens de Eerste Wereldoorlog breidde die fors uit. Dat gaf nogal wat overlast van lawaai en viezigheid. Uiteindelijk besloten de ouders van Mauk naar het landelijk gelegen Oosterbeek te verhuizen. Villa Rosande op de hoek van de Utrechtsestraat en de Beukenlaan is een ruim huis met grote tuin en een opvallend torentje met puntdak. Mauk was de jongste zoon en de laatste die nog thuis woonde. Hij had op de bovenste kamer van het torentje een leeskamer, waar hij met Bas en Jan Russische schrijvers als Dostojevski, Andrejev en Gogol besprak, maar ze lazen ook Edgar Allen Poe. Literatuur waarin vooral de sombere kant van het bestaan en het onverklaarbare van het leven belangrijk zijn, stonden bij hen in de belangstelling.

Mauk en Bas delen ook een grote liefde voor het tekenen. Op 7 januari 1917 zoeken ze de schilder Gert Stegeman (1858-1940) op die boven de Sabelpoort in het centrum van Arnhem, niet ver van de HBS, een atelier met drukpers heeft. Hier leerde Escher het houtsnijden. Thuis hadden hij en zijn broers ook al les in houtbewerking gehad, het werken met hout was hem dus niet vreemd. Bij Stegeman maakte Escher ook zijn eerste ets: Spoorbrug over de Rijn bij Oosterbeek. Het is een klein werkje, 8,6 cm hoog en 12,3cm breed. Het prentje is niet alleen in de tentoonstelling opgenomen, omdat het een eigenzinnige perspectief heeft of omdat het zijn eerste natuurimpressie is, maar omdat Escher al zijn jeugdwerk bewaarde. In de latere ontwikkeling van Escher zijn steeds weer die eerste interesses terug te vinden.

De brug ligt niet ver van Villa Rosande, door een mooie lommerrijke laan kom je in de uiterwaarden van de Rijn. Op zijn tochten door de omgeving zal hij hier vaker langs zijn gekomen. De huidige brug is na de Tweede Wereldoorlog op dezelfde plek herbouwd. De brug die Escher etste, is tijdens de slag om Arnhem opgeblazen.