Deze website gebruikt cookies

Wij maken op deze website gebruik van cookies en vergelijkbare technieken om bezoek te analyseren en om je relevante boodschappen te tonen op social media. Door op 'Alles accepteren' te klikken geef je toestemming voor de plaatsing ervan en het verwerken van op deze wijze verkregen persoonsgegevens, zoals in ons privacy- & cookiestatement wordt vermeld.

Onze privacy- & cookiestatement:

Internationaal Mathematisch Congres 1954
2 september 2017

Internationaal Mathematisch Congres 1954

Op 2 september 1954 werd in Amsterdam het Internationaal Mathematisch Congres geopend. Dit is de grootste wiskundige conferentie ter wereld, eens in de vier jaar gehouden, waarop de beroemde Fields-medaille wordt uitgereikt. Ter gelegenheid van het IMC werd in het Stedelijk Museum een grote eenmanstentoonstelling over Escher gehouden. Het organisatiecomité, onder leiding van de Amsterdamse wiskundige professor N.G. de Bruijn, zette Escher op een voetstuk als een unieke schakel tussen kunst en wiskunde.

De uitnodiging voor de opening van de tentoonstelling in het Stedelijk Museum, die liep van 27 augustus tot 26 september 1954

De uitnodiging voor de opening van de tentoonstelling in het Stedelijk Museum, die liep van 27 augustus tot 26 september 1954

M.C. Escher, [Vissen, vignet], houtgravure, augustus 1954

M.C. Escher, [Vissen, vignet], houtgravure, augustus 1954

Het congres en de expositie bleken een belangrijke impuls voor Eschers contact met wiskundigen. De congresgangers bezochten massaal de tentoonstelling en waren flink onder de indruk van het werk van de graficus. De Britse wiskundige Sir Roger Penrose en de Brits-Canadese wiskundige Donald Coxeter kwamen hier voor het eerst in aanraking met Eschers werk. Met beiden zou Escher een warm contact gaan onderhouden en de kunstenaar en de wiskundigen zouden elkaar blijvend inspireren. Coxeter bracht Escher op het idee voor zijn zijn cirkellimieten. Na het zien van Relativiteit tijdens de tentoonstelling bracht Penrose, samen met zijn vader Lionel Penrose,  er zelfs aan toe om een artikel over onmogelijke figuren te publiceren. De uitwisseling van ideeën tussen Escher en de Penroses zou leiden tot de prenten Waterval en Klimmen en dalen. Net als Escher is ook Penrose zijn hele carrière gefascineerd geweest door vlakvullingen.

In het voorwoord van de catalogus schreef De Bruijn over de speelsheid waarmee Escher de wiskunde hanteert, waarmee hij tot de kern kwam van wat wiskundigen zo boeit in hun vak. In diezelfde catalogus schreef Escher, voor het eerst eigenlijk, openhartig over zijn eigen motieven en over zijn positie als kunstenaar. Het was ook voor het eerst dat hij zichzelf als 'kunstenaar' omschreef. Op het congres hield hij ook een voordracht die veel succes oogstte. Het congres en de tentoonstelling leverden hem veel nieuwe kopers op en vooral ook vrienden in de mathematische wereld.

M.C. Escher, Regelmatige vlakverdeling, nr. 99, Oost-indische inkt, potlood en waterverf op papier, augustus 1954 (met in potlood aanwijzingen voor het opnemen ervan in 'Grafiek en tekeningen')

M.C. Escher, Regelmatige vlakverdeling, nr. 99, Oost-indische inkt, potlood en waterverf op papier, augustus 1954 (met in potlood aanwijzingen voor het opnemen ervan in 'Grafiek en tekeningen')

Erik Kersten

Erik Kersten

Redacteur

Deel:

Meer Escher vandaag

Paddenstoel (Emblemata)

Paddenstoel (Emblemata)

We hebben deze week een kleine wissel gehad. Een aantal werken in zaal 1 is naar het depot gegaan. Daarvoor in de plaats hangt nu een serie van bij elkaar horende werken: 9 houtsnedes uit de Emblemata serie die Escher in 1931 heeft gemaakt. Het is een bijzondere kans om zoveel van deze 'plaatjes met praatjes' bij elkaar te zien. Het zijn namelijk werken die voorzien zijn van een motto en een gedicht.
Delft in houtsneden

Delft in houtsneden

In december 1938 krijgt Escher van de Staat der Nederlanden een opdracht om 10 houtsneden van Delft te maken voor een boekpublicatie. Daar stond een flink bedrag tegenover: 800 gulden (ongeveer €7.500 nu). De inspiratie voor die opdracht kwam van de serie die Escher in 1934 had gemaakt over Rome bij nacht. Het boekje is er nooit gekomen maar de houtsnedes wel. Het resultaat is bijzonder omdat het de enige keer is dat hij een serie heeft gemaakt over een Nederlandse stad.
Familie Escher-Umiker in Scheveningen, 1931

Familie Escher-Umiker in Scheveningen, 1931

De vakantietijd is een periode van ontspanning, plezier en genieten. Voor de jachtige mens van nu, maar ook voor M.C. Escher. In de zomermaanden was hij vrijwel nooit aan het werk. Hij was met zijn gezin in Zwitserland, Frankrijk of in Italië, ging op vakantie met Jetta of met een van zijn zonen of maakte zeereizen met zijn vrouw of met vrienden. Of hij ging naar Nederland.