Deze website gebruikt cookies

Wij maken op deze website gebruik van cookies en vergelijkbare technieken om bezoek te analyseren en om je relevante boodschappen te tonen op social media. Door op 'Alles accepteren' te klikken geef je toestemming voor de plaatsing ervan en het verwerken van op deze wijze verkregen persoonsgegevens, zoals in ons privacy- & cookiestatement wordt vermeld.

Onze privacy- & cookiestatement:

San Giovanni, Ravello
11 juli 2020

San Giovanni, Ravello

In het voorjaar van 1931 maakte het echtpaar Escher samen een reis langs de Amalfitaanse kust. Een gebied waaraan ze beiden goede herinneringen hadden, niet in het minst omdat ze elkaar daar in 1923 hadden leren kennen. Ze bezochten plaatsen als Vietri, Puntone, Scala, Positano, Praiano en uiteraard Ravello. Hier stond de Albergo dell Toro, het hotel waar Maurits en Jetta elkaar voor het eerst zagen. Het plaatsje neemt een prominente plek in in hun leven en ook in Escher werk. Hij was speciaal getroffen door de Spaans-Islamitische motieven die hij in het stadje aan trof, waaronder die in de Duomo. Hij heeft in Ravello meerdere tekeningen en foto's gemaakt en het plaatsje is ook te zien in een serie prenten die hij begin jaren dertig maakte. Een daarvan is San Giovanni (in Campidoglio), Ravello, een houtgravure uit februari 1932.

M.C. Escher, San Giovanni (in Campidoglio), Ravello, houtgravure, februari 1932

M.C. Escher, San Giovanni (in Campidoglio), Ravello, houtgravure, februari 1932

Herdenkingsplaquette in de Viale Wagner te Ravello aan Eschers verblijf gedurende meerdere jaren

Herdenkingsplaquette in de Viale Wagner te Ravello aan Eschers verblijf gedurende meerdere jaren

Op de prent is een kerkje te zien dat na wat speurwerk de San Giovanni dell'Acqua blijkt te zijn. Het ligt op een heuvel ten westen van Ravello, in het gehucht Campidoglio.

Eschers agenda van 3-10 mei 1931 met daarin zijn treinreis van Rome naar Ravello en een lijst met tekeningen die hij tijdens zijn verblijf maakte.

Eschers agenda van 3-10 mei 1931 met daarin zijn treinreis van Rome naar Ravello en een lijst met tekeningen die hij tijdens zijn verblijf maakte.

Eerste pagina fotoalbum van M.C. Escher met daarin de foto's van het verblijf in Ravello in mei 1931

Eerste pagina fotoalbum van M.C. Escher met daarin de foto's van het verblijf in Ravello in mei 1931

Escher bij de Albergo dell Toro, mei 1931

Escher bij de Albergo dell Toro, mei 1931

San Giovanni dell'Acqua, 2015, foto: Akiba Rubinstein

San Giovanni dell'Acqua, 2015, foto: Akiba Rubinstein

Erik Kersten

Erik Kersten

Redacteur

Deel:

Meer Escher vandaag

Vlinders

Vlinders

M.C. Escher heeft in verschillende prenten geëxperimenteerd met het transformeren en convergeren van vormen. Vroege voorbeelden daarvan zijn Ontwikkeling I (1937) en Ontwikkeling II (1939), Dag en nacht (1938), Lucht en water I (1938) en II (1938), Verbum (1942) en Metamorphose I en II (1937 en 1939-1940). In deze prenten veranderen objecten en dieren van de ene herkenbare vorm in een andere (transformeren) of ze vloeien samen in een eindvorm of eindpunt (convergeren). Vaak wist hij deze twee principes te combineren in één prent, bijvoorbeeld in de houtgravure Vlinders uit juni 1950.
Belvédère

Belvédère

Voor velen vormen Eschers onmogelijke gebouwen de hoogtepunten in zijn oeuvre. Het zijn die prenten waarnaar bezoekers op zoek gaan als ze bij ons in het museum komen. Ze gaan ervoor staan en bespreken met hun familie en vrienden wat ze voor hun ogen zien gebeuren. Het zijn wat dat betreft echt praatplaten. Als je 'onmogelijk' op een ruime wijze uitlegt, vallen Boven en onder, Trappenhuis, Relativiteit, Hol en bol, Prentententoonstelling, Belvédère, Klimmen en dalen en Waterval als onmogelijke gebouwen te definiëren. Maar het zijn die laatste drie die door Escher zelf ook zo genoemd worden en het zijn ook deze drie die het meest uitnodigen tot duiding. 'Moet je daar eens kijken, zie je dat? Dat kan toch helemaal niet?'
De pest van Albert Camus

De pest van Albert Camus

De Franse filosoof, journalist, schrijver en Nobelprijswinnaar Albert Camus schreef zijn roman De pest in 1947. Het boek was een directe reactie op de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog. De ziekte zelf en het overwinnen ervan zijn een metafoor voor de strijd tegen de nazi’s, de bruine pest. In deze coronatijden is de oorlog in de meeste getroffen landen ver weg, maar verder zijn de parallellen tussen het boek en de bizarre werkelijkheid van 2020 opvallend groot. Escher heeft De pest, en ander werk van Camus, met veel aandacht gelezen. En ook nu staat het weer volop in de belangstelling.