Deze website gebruikt cookies

Wij maken op deze website gebruik van cookies en vergelijkbare technieken om bezoek te analyseren en om je relevante boodschappen te tonen op social media. Door op 'Alles accepteren' te klikken geef je toestemming voor de plaatsing ervan en het verwerken van op deze wijze verkregen persoonsgegevens, zoals in ons privacy- & cookiestatement wordt vermeld.

Onze privacy- & cookiestatement:

Leven en reizen van Escher

Leven en reizen van Escher

introtekst...

Escher en de Waddeneilanden

Escher en de Waddeneilanden

De Waddeneilanden zijn vijf eilanden in het noorden van Nederland die een thuis vormen voor de eilanders, maar vooral ook een geliefde vakantiebestemming zijn. De Wadden vormen een stukje Nederland dat als buitenland aanvoelt, alleen al vanwege de bootreis die je moet maken om op een van de eilanden te komen. Ook in het jonge leven van M.C. Escher was het gebied een populaire bestemming. 

Spelen met puzzels

Spelen met puzzels

‘Vroeger heb ik veel van Grimm gehouden. Als kind, ook als jongen was ik er enorm door gegrepen. Nu herlees ik The Hobbit, van Tolkien, de tocht van die dwergen. Er is geen werkelijkheid bij. Waarom (blik van alle speelsheid ontdaan) moet je met je neus gedrukt worden op die ellendige werkelijkheid. Waarom mag je niet spelen.'
Dit zei Escher in het lange interview met journaliste Bibeb, dat op 20 april 1968 verscheen in Vrij Nederland. 

Liefde voor schaken

Liefde voor schaken

M.C. Escher hield van schaken. Het strategische bordspel was voor hem een prettige vorm van vermaak. Niet alleen was hij in zijn leven lid van meerdere schaakclubs, ook tijdens zijn vele bootreizen was het voor Escher een fijne manier om de tijd door te komen. In zijn kunst komt de voorliefde voor dit zwart-witte bordspel ook terug. Het bekendste voorbeeld is te vinden in zijn Metamorphoses. In deze prenten verbindt hij het Italiaanse stadje Atrani met een toren in zee, die op zijn beurt onderdeel wordt van een schaakopstelling

De start in Haarlem

De start in Haarlem

September 1919 was een levensveranderende maand voor Maurits Escher. Zijn eerste lessen in de bouwkunde aan de School voor Bouwkunde, Versierende Kunsten en Kunstambachten in Haarlem vingen op 6 september aan en op 17 september verhuisde hij dan ook naar de stad. In Haarlem ontwaakte de kunstenaar in hem pas echt, al bleek bouwkunde daarvoor een valse start.

De baard van Escher

De baard van Escher

M.C. Escher was een fanatiek baarddrager. Misschien was hij zelfs wel een hipster te noemen, lang voordat het woord werd uitgevonden. In zijn jonge jaren kon je zijn karakteristieke silhouet al uittekenen: een lange magere man met een flinke neus, een warrige haardos en altijd in pak. En dus bekroond met een puntige baard die zijn voorkomen nog verfijnder maakte.
 

Linkshandigheid

Linkshandigheid

Escher is op school hardhandig op zijn linkshandigheid aangepakt. Hij werd gedwongen rechtshandig te schrijven en te tekenen. Dat was destijds heel normaal. Hoewel die correcties nauwelijks effect hadden, heeft hij zichzelf later alsnog geleerd om ook zijn rechterhand te gebruiken. Dat bracht hem voordeel in zijn kunstenaarschap.
 

Zomer 1930

Zomer 1930

Het jaar 1930 werd voor Escher en zijn zonen George en Arthur gekenmerkt door ziektes: hijzelf had veel problemen met zijn darmen en tanden en de zoons kregen longontsteking, oorontsteking en kinkhoest. Daar kwam bij dat hij nauwelijks wat verkocht en geen opdrachten had. Het gezin bracht een groot deel van de zomer door in Zwitserland. Zodat Escher werkuitstapjes kon maken, maar vooral ter ontspanning. Ze verbleven voornamelijk in Steckborn. Tussen 1927 en 1938 bracht het gezin Escher er vrijwel elke zomer een periode door.

De mens op de maan

De mens op de maan

Of M.C. Escher de landing op de maan in de nacht van 20 op 21 juli 1969 heeft gezien, is niet bekend. Het is wel heel waarschijnlijk. Astronomie boeide hem al zijn hele leven en hij kon uren naar de nachtelijke hemel turen, op zoek naar sterren en planeten. In maart 1961 hield hij een voordracht voor de Baarnse Rotaryclub, waarin hij vol vuur sprak over zijn waarnemingen. Waarnemingen die hij al lang deed, maar die hij tijdens een zeereis naar Canada, in het najaar van 1960, nog heftiger had beleefd.

Een bevrijdende tentoonstelling

Een bevrijdende tentoonstelling

Van 5 tot 31 mei 1955 was er in het Stedelijk Museum in Amsterdam een tentoonstelling te zien onder de naam Kunstenaars herdenken 5 mei. Deze viel samen met de eerste nationale herdenking, 5 mei 1955 was namelijk het voor het eerst dat Bevrijdingsdag als nationale feestdag in Nederland werd gevierd. De tentoonstelling was een initiatief van de gelijknamige stichting, die op 1 april van dat jaar was opgericht. Escher was onder andere vertegenwoordigd met Andere Wereld en met Rimpeling.

Ridder in de Orde van Oranje Nassau

Ridder in de Orde van Oranje Nassau

Op 28 april 1955 was Escher in zijn atelier aan het werk toen een wethouder en de gemeentesecretaris van Baarn onverwachts op de stoep stonden. Zijn bezoekers vertelden hem dat de koningin hem tot Ridder in de orde van Oranje Nassau had benoemd.

Escher op school

Escher op school

In april 1952 werden er 400 afdrukken gemaakt van de litho Tegenstelling (Orde en chaos). Machinaal, vanwege de enorme oplage, maar wel onder toeziend oog van Escher. Het was een opdracht van de VAEVO (Vereniging tot bevordering van het Esthetische element in het Voortgezet Onderwijs) die de prenten zou verspreiden over scholen in Nederland. Op die manier zou de jeugd op een laagdrempelige manier in aanraking kunnen komen met zijn werk.

Gargano, 1932

Gargano, 1932

Van 3 tot 13 april 1932 ging Escher mee met een archeologische expeditie naar het schiereiland Gargano onder leiding van de Italiaanse professor Ugo Rellini. Rellini was een van de eerste archeologen die dit bergachtige gebied onderzocht. Het schiereiland staat ook wel bekend als de 'Spoor van de laars' en dringt ongeveer 70 kilometer de Adriatische Zee in.