Deze website gebruikt cookies

Wij maken op deze website gebruik van cookies en vergelijkbare technieken om bezoek te analyseren en om je relevante boodschappen te tonen op social media. Door op 'Alles accepteren' te klikken geef je toestemming voor de plaatsing ervan en het verwerken van op deze wijze verkregen persoonsgegevens, zoals in ons privacy- & cookiestatement wordt vermeld.

Onze privacy- & cookiestatement:

Dubbele planetoïde
2 december 2017

Dubbele planetoïde

Tussen 1948 en 1954 maakte Escher een reeks met planetoïden en sterren. Ze lijken allemaal uit dezelfde sciencefictionwereld te komen, een wereld die op het eerste gezicht ver van de aardse en ernstige graficus staat. De reeks begon met de houtgravure Sterren, waarin twee kameleons opgesloten zitten in een stelsel van regelmatige achtvlakken. Dan volgen in 1949 de Dubbele planetoïde en in 1954 de Viervlak-planetoïde.

M.C. Escher, Dubbele planetoïde (Dubbele planeet), houtgravure in groen, donkerblauw, zwart en wit, gedrukt van vier blokken, december 1949

M.C. Escher, Dubbele planetoïde (Dubbele planeet), houtgravure in groen, donkerblauw, zwart en wit, gedrukt van vier blokken, december 1949

Twee prachtige werken waarin Escher een complete buitenaardse beschaving weet te scheppen. Met deze sciencefictionwerelden onderzoekt hij hoe hij verschillende zwaartekrachten of perspectieven op een visueel geloofwaardige manier met elkaar kan verbinden. Door die zwaartekrachten in een buitenaardse omgeving te plaatsen, lijkt dit logischer, makkelijker voorstelbaar.

Over Dubbele planetoïde schreef hij:

"Twee regelmatige viervlakken die elkaar doordringen, zweven als een planetoïde in de ruimte. De lichtgekleurde wordt bewoond door menselijke wezens die hun gebied volkomen getransformeerd hebben in een complex van huizen, bomen en wegen. Het donkere viervlak is natuurlijk gebleven, met rotsen waarop planten en prehistorische dieren leven. Beide lichamen vormen samen een geheel, maar zij kennen elkaar niet."*

De twee werelden zijn één maar tegelijkertijd volstrekt gescheiden. De dierenwereld, met onder andere een tyrannosaurus en een triceratops maar ook een steenbok, leven in een beboomde en wilde groene rotswereld. De mensenwereld is er doorheen geweven maar de paden waarop die mensen zich voortbewegen zijn verheven boven de wildernis. Op hun beurt doorkruisen de dieren de mensenwereld via een serie grotten en passages. Het is een uiterst ingenieuze constructie, waarin afstand, perspectief en zwaartekracht allemaal relatief lijken te worden.

Escher maakte in deze serie het onbestaanbare op een volstrekt logische wijze aanvaardbaar en zichtbaar.

Bronvermelding:

[*] M.C. Escher, Grafiek en tekeningen, TASCHEN/Librero, 2001, blz. 13

Erik Kersten

Erik Kersten

Redacteur

Deel:

Meer Escher vandaag

Sprinkhaan

Sprinkhaan

We hebben deze week weer een wissel gehad. Een aantal werken is naar het depot gegaan en daarvoor in de plaats hangen een aantal andere prenten van Escher. Een van deze is Sprinkhaan, een houtgravure uit maart 1935. Daarop toont Escher in zeer fijn detail een exemplaar van dit gevleugelde insect met zijn krachtige achterpoten, facetogen, voelsprieten en gevouwen vleugels.
Kubische ruimteverdeling

Kubische ruimteverdeling

Het onderzoeken van begrippen als oneindigheid en eeuwigheid in zijn werk zou je met een gerust hart een obsessie van Escher kunnen noemen. Op talloze manieren onderzocht hij hoe het vaste kader van zijn houtblok of lithosteen toch de suggestie van onbegrensdheid op kon roepen. Een van de manieren waarop hij dit deed was door met diepte en perspectief te spelen. Door te variëren met de dikte van lijnen, formaten van onderwerpen en voorgrond versus achtergrond bereikte hij in een aantal werken dat gevoel van de onbegrensde ruimte.
Experimenten met vogels en vissen

Experimenten met vogels en vissen

Hoewel hij al vroeg in zijn carrière gefascineerd was door het principe van de regelmatige vlakverdeling dook Escher er in 1936 pas echt met volle kracht in. Toen begon een periode waarin hij talloze experimenten uitvoerde met manieren waarop een vlak gevuld kon worden met patronen van geometrische vormen. Dat deed hij in de vorm van tekeningen die hij maakte in schriften zodat hij grip kreeg op het onderzoeksproces. In dat proces, en daar zit de grote kracht van M.C. Escher, wist hij die geometrische vormen om te zetten in herkenbare figuren.