Deze website gebruikt cookies

Wij maken op deze website gebruik van cookies en vergelijkbare technieken om bezoek te analyseren en om je relevante boodschappen te tonen op social media. Door op 'Alles accepteren' te klikken geef je toestemming voor de plaatsing ervan en het verwerken van op deze wijze verkregen persoonsgegevens, zoals in ons privacy- & cookiestatement wordt vermeld.

Onze privacy- & cookiestatement:

Kattendag met poes op schoot
8 augustus 2018

Kattendag met poes op schoot

M.C. Escher, Zittende man met poes op schoot, houtsnede, 1919

M.C. Escher, Zittende man met poes op schoot, houtsnede, 1919

Het is vandaag Internationale Kattendag, een mooi moment om een van de katten te laten zien die door Escher zijn vereeuwigd in een prent. Heel veel zijn dat er niet. Hij gebruikte vaak dieren in zijn werk, maar in zijn vlakvullingen en metamorfoses waren dat vooral vogels, vissen en reptielen. De katten stammen dan ook vooral uit zijn jonge jaren. De prent hierboven is zo'n vroege. Gemaakt in een periode — hij was 21 — waarin hij het besluit nam om grafisch kunstenaar te worden. Op 17 september 1919 verhuist hij naar Haarlem. Zijn hospita geeft hem een witte poes cadeau, die hem tot meerdere houtsneden zou inspireren.* Op deze ligt de poes op schoot bij een man die Escher bezocht in Haarlem. Wie het is weten we niet. Waarschijnlijk is het een van zijn jeugdvrienden, Bas Kist of Jan van der Does de Willebois, of zijn oudere broer Nol.

Bekijk ook Kattendag 2017 waarin een kat op Corsica centraal staat.

Bronvermelding

[*] Wim Hazeu, M.C. Escher, Een biografie, Meulenhoff, 1998, blz. 47

Erik Kersten

Erik Kersten

Redacteur

Deel:

Meer Escher vandaag

Zomer in Positano

Zomer in Positano

Het is volop zomer. Geen tijd om hard te werken. Dat doe je in de herfst, de winter en het vroege voorjaar. Althans, dat was wel het schema waaraan Escher zich zijn gehele werkzame leven grotendeels gehouden heeft. Als je naar de maanden kijkt waarop hij zijn werk heeft gemaakt, vanaf 1922 zijn die bekend, dan is dat meestal ergens tussen september en mei. Het is een logisch gevolg van zijn aanpak; in de lente en zomer trok hij erop uit om inspiratie op te doen, te fotograferen en te tekenen. In het najaar en in de winter werkte hij die voorstudies uit tot houtsnedes, houtgravures en litho's. Desondanks zijn er een paar uitzonderingen op deze regel. Onder die 'zomerwerken' vallen vroege Italiaanse landschappen, een aantal werken uit de oorlogsjaren (waarin Escher niet op reis kon), een echt zomers werk als Lichtende zee en ook een aantal van zijn meest bekende werken. Zo zijn Verbum, Balkon, Ruiter, Boven en onder, Relativiteit, Vlakvulling II, Boloppervlak met vissen, Cirkellimiet IV (Hemel en hel) en Ringslangen allemaal in de maand juli gemaakt. Augustus is minder vertegenwoordigd. Het lijkt erop dat Escher die maand toch echt liever vakantie hield.
De canon van Bach

De canon van Bach

Vandaag is het 268 jaar geleden dat Johann Sebastian Bach overleed. Op 28 juli 1750 blies de Duitse componist zijn laatste adem uit in Leipzig. Maurits Cornelis Escher was groot fan. De overeenkomsten waren dan ook groot; de mathematische ordening, de strengheid van de regels, de symmetrie, het planmatige. Escher was met name geboeid door de canon van Bach. In een brief aan zijn vriend Hein 's-Gravezande schreef hij in 1940:
'Nu wou ik je nog wat zeggen over het verband met muziek, en wel in hoofdzaak met die van Bach, d.w.z. de Fuga, of eenvoudiger canon. Ik hield van Bach en houd van hem ook zonder iets te "begrijpen" van zijn techniek, maar sinds ik er (een heel klein beetje maar) van begrijp, houd ik er nog veel meer van.'
De palmbomen van Escher

De palmbomen van Escher

Het is een tropische zomer in Nederland en wat is er meer tropisch dan een palmboom? Maurits Cornelis Escher zag ik elk geval iets heel speciaals in deze iconische boom. Hij heeft zich er nooit over uit gelaten maar het is opvallend hoe vaak deze terugkeert in zijn werk. In juli 1923 maakte hij de eerste, een gestileerde palmboom met bladeren als parasols, hangende trossen met palmvruchten, de geschubde stam en een aureool dat de boom lijkt te omgeven. In maart 1926 gebruikte hij een sterk gelijkende palmboom als centrum van zijn prent De zesde scheppingsdag, waarop Adam en Eva in het Paradijs te zien zijn. In 1931 maakte hij opnieuw een palmboom, als onderdeel van zijn Emblemata serie, en in 1933 volgde een vierde.