Deze website gebruikt cookies

Wij maken op deze website gebruik van cookies en vergelijkbare technieken om bezoek te analyseren en om je relevante boodschappen te tonen op social media. Door op 'Alles accepteren' te klikken geef je toestemming voor de plaatsing ervan en het verwerken van op deze wijze verkregen persoonsgegevens, zoals in ons privacy- & cookiestatement wordt vermeld.

Onze privacy- & cookiestatement:

Bevrijdingsdag met Lucht en water II
5 mei 2018

Bevrijdingsdag met Lucht en water II

Deze prent van Escher vormt een passende illustratie bij Bevrijdingsdag, de dag waarop we vieren dat de Duitse bezetting in Nederland in 1945 eindelijk voorbij was. Zijn vogels en vissen die zich ontworstelen aan de grip van de vlakvulling zijn een mooie metafoor voor het herwinnen van de vrijheid.

M.C. Escher, Lucht en water II, houtsnede, december 1938

M.C. Escher, Lucht en water II, houtsnede, december 1938

Escher maakte Lucht en water II in de ijskoude decembermaand van 1938, een sterk contrast met het mooie weer vandaag. Een half jaar eerder maakte hij al een prent met hetzelfde thema: Lucht en water I. Daarin bewegen de vogels en vissen allemaal naar rechts, maar in II zien we een beweging die om en om is gespiegeld. Van boven naar beneden gezien vliegt de eerste zwarte vogel uit de centrale vlakvulling naar rechts; de tweede daaronder vliegt naar links. De bijpassende vissen onderaan maken diezelfde beweging. Dan volgt er een lijn waarin twee vogels naar rechts vliegen en weer twee naar links. De vissen in die lijn doen hetzelfde. Dan volgt er een lijn met drie vogels rechts en links en drie vissen rechts en links. In de laatste lijn van elke helft zijn het er vier.

Omdat de bovenste helft in de onderste doorloopt en vice versa, ontstaat de vlakvulling waarbij de vogels restvorm worden bij de vissen en andersom. In opwaartse richting vanuit het midden openen zich de witte motieven en verliezen ze langzaam hun visvormige silhouetten; ze vloeien in elkaar over en veranderen in een achtergrond van witte lucht waarin de vogels vliegen. Het tegengestelde gebeurt als je vanuit het midden het oog in neerwaartse richting begeeft. Door die afwisseling van vorm en restvorm is het moeilijk vast te stellen hoeveel vogels en vissen er in deze houtsnede zitten. Is een vogel als restvorm ook een vogel en zo ja, op welk moment stopt dat dan? Hoewel het op schrift veel ingewikkelder lijkt dan het bekijken van de prent, is juist dat kijken ook heel moeilijk. Escher fopt je waar je bij staat. Telkens weer.

Erik Kersten

Erik Kersten

Redacteur

Deel:

Meer Escher vandaag

Zelfportret in bolspiegel, 1950

Zelfportret in bolspiegel, 1950

Waarschijnlijk is er geen kunstenaar die zichzelf zo vaak afgebeeld heeft als Rembrandt van Rijn. Van hem zijn circa veertig zelfportretten bekend. Maar Escher had er ook een handje van. Tussen 1917 en 1950 maakte hij er twaalf, waarvan meerdere waarin hij zichzelf in een bolspiegel vastlegde. In de spiegel kijkend geeft hij zijn eigen beeltenis weer, zoals hij zichzelf ziet maar ook zoals hij zichzelf wil zien. Een zelfportret is, net als elk ander werk naar de werkelijkheid, een visie op die werkelijkheid. Zeker bij Escher. De kijker wil de kunstenaar zien, maar moet het doen met de versie die de kunstenaar op dat moment van zichzelf wil presenteren.
Interview in Vrij Nederland, 1968

Interview in Vrij Nederland, 1968

Vandaag precies 50 jaar geleden, op 20 april 1968, verscheen er in Vrij Nederland een lang interview met M.C. Escher door de legendarische journaliste Bibeb. Veel zin had hij er destijds niet in. De inhoud vond hij maar negatief en aan aandachtig lezen van het weekblad kwam hij vaak niet nauwelijks toe.
"Ik liet mij vermurwen, hoewel ik er eerst geen heil in zag. Een eerste seance van 3 uren hebben we nu achter de rug, maar zij is nog lang niet tevreden en komt overmorgen nòg eens een hele middag. Leuk om te zien hoe zij het doet: wij praten samen en daarbij heeft zij een dik bloknoot op haar schoot, waarin zij voortdurend schrijft in een heel groot schrift, nagenoeg zonder er naar te kijken. Wat er in mijn geval van terecht zal komen, weet ik niet, maar ik zit nu eenmaal in het schuitje en vaar dus maar dapper mee. Zij is trouwens een heel onderhoudende en eigenlijk wel aardige vrouw. Ook met moeder kan zij best opschieten en vice versa. (Van tevoren had ik haar ingelicht over onze ongewone omstandigheden, waarover dan ook in het artikel met geen woord zal worden gerept.) Ik krijg haar pennenvrucht trouwens, ter eventuele correctie, te lezen voor die gedrukt wordt."
De bol van Escher

De bol van Escher

De Volkskrant schrijft een langzaam groeiende serie over de naoorlogse Nederlandse popcultuur. In 100 voorwerpen legt de krant deze geschiedschrijving vast, met aandacht voor gebruiksvoorwerpen, decorstukken, sportattributen, kledingstukken en ook voor kunstobjecten. Kunstredacteur Mark Moorman schreef een stuk over de houten bol met hagedissen die Escher in 1949 uit beukenhout sneed. De bol is 14 centimeter in doorsnee. Het rijke oeuvre van graficus M.C. Escher kent er maar drie: een met vissen, een met menselijke figuurtjes en een (zie foto) met hagedissen. Schitterend voorwerp, maar bepaald niet bedoeld als een soort stressbal. Escher loste er een probleem mee op waarmee hij op het platte vlak worstelde. Over zijn eerste bol, met de vissen, schreef hij:
'Als men deze bal in zijn handen rondwentelt, verschijnt vis na vis in een eindeloze opvolging. Hoewel beperkt in aantal, symboliseren zij het idee van onbegrensdheid op een manier die op het platte vlak onbereikbaar is.'
De oneindigheid dus, en niet minder. 'Infinity, and beyond!', om met Buzz Lightyear te spreken. Als het gaat over de grote namen in de Nederlandse kunstgeschiedenis, wordt Escher meestal niet meegerekend. Hij wordt niet in één adem genoemd met de Grote Drie (Rembrandt, Vermeer en Van Gogh). Toch is Maurits Cornelis Escher (1898 - 1972) de laatste jaren uitgegroeid tot een van de bekendste Nederlandse kunstenaars wereldwijd. In 2011, bijna veertig jaar na zijn dood, bezochten 573 duizend mensen een expositie in Rio de Janeiro, waarmee dat de drukst bezochte expositie van dat jaar werd. Wereldwijd. Dat had niet alleen met de Braziliaanse preoccupatie met oneindigheid te maken; in seizoen 2015-2016 bezochten een half miljoen Italianen een Escherexpositie die reisde langs Rome, Bologna en Milaan.