Deze website gebruikt cookies

Wij maken op deze website gebruik van cookies en vergelijkbare technieken om bezoek te analyseren en om je relevante boodschappen te tonen op social media. Door op 'Alles accepteren' te klikken geef je toestemming voor de plaatsing ervan en het verwerken van op deze wijze verkregen persoonsgegevens, zoals in ons privacy- & cookiestatement wordt vermeld.

Onze privacy- & cookiestatement:

Patrijspoort
13 mei 2017

Patrijspoort

Nadat Escher een deel van de bootreis met de Rossini langs de Italiaanse kust alleen heeft afgelegd, voegt zijn vrouw Jetta zich op 11 mei 1936 bij hem. Ze brengen een dag door in Genua, bezoeken Pisa (waarvan het bezoek herinnerd wordt in de prent Scheve toren), waarna ze op 13 mei doorvaren naar Savona. Omdat ze daar maar kort liggen, gaat Escher niet van boord. Hij maakt een foto van een bootje dat naast de Rossini ligt vanuit de patrijspoort van hun hut.

M.C. Escher, Patrijspoort, houtsnede, maart 1937

M.C. Escher, Patrijspoort, houtsnede, maart 1937

Hij begint ook direct aan een tekening vanuit hetzelfde standpunt. Hij beschrijft het moment in zijn reisdagboek:

"Aangezien er geen tijd was voor een teekening in de stad (om 11 uur zouden wij weer vertrekken) bleef ik aan boord en begon een schets van het patrijspoort in onze kajuit."

Reisdagboek 1936, met de aantekening over de schets.

Reisdagboek 1936, met de aantekening over de schets.

Hij maakt de tekening pas af op 21 juni. Hij zit dan inmiddels op de Paganini, een schip waarmee hij en Jetta terugkeren vanuit Spanje naar Italië. De patrijspoort van dat schip bevalt hem beter en hij verwerkt die in de tekening. Ook het bootje verandert; Escher draait de boot en zet er een extra zeil op. Als hij de winter daarop een houtsnede maakt van hetzelfde onderwerp doet hij opnieuw een ingreep: het bootje is ineens een vrachtschip geworden.

M.C. Escher, foto en tekening van de patrijspoort, 13 mei en 21 juni 1936

M.C. Escher, foto en tekening van de patrijspoort, 13 mei en 21 juni 1936

Erik Kersten

Erik Kersten

Redacteur

Deel:

Meer Escher vandaag

Schemering, de eerste mezzotint

Schemering, de eerste mezzotint

In 1946 verdiept Escher in de mezzotint, een voor hem nieuwe techniek die hem boeit door de grote nuancering van licht naar donker die ermee te bereiken is. Hij maakt een aantal werken op basis van dit procedé, dat ook wel zwarte kunst wordt genoemd.
Bevrijdingsprent 1955

Bevrijdingsprent 1955

Begin 1955 werkt Escher aan een opdracht voor een bevrijdingsprent voor de viering van de 10e verjaardag van de bevrijding op 5 mei van dat jaar. Hij heeft er gemengde gevoelens bij, schrijft hij in een brief aan zoon Arthur:
"t Is maar wat je een opdracht noemt, want, als ik als ik het werk aanvaard, dan moet ik dat, voor m'n fatsoen, gratis doen. De vraag voor mij is, of het hele geval me niet te veel tijd in beslag gaat zal nemen, omdat ik nu eenmaal niet snel kan werken. Er zal eventueel een enorme oplage gedrukt worden (..), ik moet dus terdege op mijn tellen passen en niet 'maar zo' een prentje in elkaar flanzen. Ik krijg een maand bedenktijd en kan er dus nog van af, maar ik vrees dat ik wel zal moeten."
Catania, Sicilië

Catania, Sicilië

Op 27 april 1936 scheept Escher zichzelf vanuit het Italiaanse Fiume in op vrachtschip de Rossini. Eerder was hij per trein vanuit woonplaats Chateau d'Oeux naar Triëst gereisd. Met de Rossini vaart hij naar Venetië, Ancona en Bari. Op 2, 3 en 4 mei is hij in de Siciliaanse havenplaats Catania.