Hier haken we in op data uit het leven en werk van M.C. Escher, kriskras door de tijd maar toch actueel. Geniet het hele jaar door van achtergrondverhalen, anekdotes en weetjes over deze fascinerende kunstenaar.
Op 22 april 1932 vertrokken Escher en zijn vriend Giuseppe Haas-Triverio voor een maand naar Sicilië, voor beiden een nieuw gebied. Ze beperkten zich tot het noordelijke deel van het eiland, dat ze met het stoomschip Florio vanuit Napels bereikten. Het aantal bezochte plaatsen in de maand die volgde, was indrukwekkend: de universiteits- en havenstad Palermo, het Saraceense stadje Corleone, Cefalù, met zijn beroemde kathedraal, het Griekse stadje Tindari, de badplaats Milazzo, het eiland Lipari, het zo mooi gelegen Taormina, de omgeving van de Etna, Giarre, met de sporen van de vulkaanuitbarsting in 1928, Randazzo, met de huizen gebouwd van donkergekleurde lava, de lavaformaties bij Bronte, Cesarò, Roina, Cerami, Nicosia, waar de bewoners een Lombardisch dialect spreken, Sperlinga, Enna, Gangi, Petralia Sottana, Sclafani, Segesta, met de Griekse tempel en Caltavuturo. In die maand maakte hij drieëntwintig schetsen die hij in de winter van 1932-1933 uitwerkte in 12 prenten. Samen geven ze een goed beeld van het bezoek aan het eiland dat op hem en Haas-Triverio zo'n grote indruk had gemaakt.
In oktober en november 1954 vond de eerste solotentoonstelling van Escher plaats in de Verenigde Staten, in de Whyte Gallery in Washington. Het initiatief daartoe werd genomen door de Amerikaan Charles Alldredge, die zich tot fan en verzamelaar had ontwikkeld na het lezen van artikelen over Escher in Time en Life in 1951. De twee begonnen een correspondentie en Alldredge ontwikkelde zich tot een soort manager van Eschers belangen in de VS. Na de succesvolle tentoonstelling in de Whyte Gallery kreeg hij het steeds drukker met het behartigen van die belangen. In 1956 kwam daar een flinke piekbelasting voor hem bij. Alldredge was namelijk gevraagd om mee te werken aan de verkiezingscampagne van senator Estes Kefauver die een poging deed de Democratische kandidaat te worden voor de presidentsverkiezingen.
Ter gelegenheid van het vijftigjarige bestaan van de vereniging tot bevordering van de grafische kunst 'De Grafische' werd in februari 1962 in het Stedelijk Museum een grote tentoonstelling gehouden. Escher was er natuurlijk bij, net als zijn vriend Gerd Arntz en vele andere grafische collega's. Het was niet bepaald voor het eerst dat grafici in groepsverband en onder de naam van hun vereniging samen exposeerden, maar voor de jubileumtentoonstelling werd echt groot uitgepakt. Onder de titel 'Prent' waren er in het Stedelijk meer dan 300 werken te zien.
De Gedichtendag, komende donderdag 31 januari, vormt de start van de Poëzieweek. Met talloze activiteiten wordt de poëzie gevierd en gestimuleerd. M.C. Escher was geen dichter maar hij had wel een broer die zich zo mocht noemen. Johan George Escher (1894-1969, meestal George genoemd), de oudste zoon uit het tweede huwelijk van George Arnold Escher met Sara Adriana Gleichman. Die heeft twee dichtbundels uitgegeven. De eerste, Het bezwaarde hart, werd door uitgeverij Van Dishoeck in 1937 uitgegeven. De tweede, Oude en nieuwe gedichten, verscheen vlak voor zijn dood in 1969. Voor het debuut maakte broer Maurits het titelblad.
Van alle thema's en onderwerpen waarop Escher zich in zijn carrière had geworpen is er wat hem betreft boven uit stak: de regelmatige vlakverdeling. Hij heeft werkelijk talloze experimenten uitgevoerd om de vele manieren te onderzoeken waarop een vlak gevuld kon worden met patronen van geometrische vormen. Dat deed hij in de vorm van tekeningen die hij maakte in schriften. In dat proces, en daar zit de grote kracht van M.C. Escher, wist hij die geometrische vormen om te zetten in herkenbare figuren. Aanvankelijk nog heel grof maar naarmate hij er meer bedreven in raakte werden de vissen, vogels, hagedissen, kevers, vlinders, paarden en andere dieren en vormen steeds verfijnder.De tekeningen waren een vorm van onderzoek maar hij haalde er ook ideeën uit voor nieuw werk of voor commerciële opdrachten. In januari 1962 maakte hij vier tekeningen, waarvan we er hier twee tonen, waarvan hij al direct wist waar hij ze voor wilde gebruiken.
De bevrijding van mei 1945 werkte verlossend voor alle Nederlanders die geleden hadden onder vijf jaar Duitse bezetting. De euforie was enorm, ook bij Maurits Escher. Geheel tegen zijn gereserveerde aard in stond hij op 7 mei te juichen op de Brink waar duizenden Baarnaars samen waren gekomen. Na jaren van gedwongen onthouding wierpen hij en Jetta zich op een buffet van kunst, uit gaan en lekker eten. Met werken had hij nog wat moeite en hij beperkte zich ook tot het afdrukken van oude prenten.
De bladzijde voor de eerste week van januari 1942 vulde Escher niet met afspraken maar met een lijstje. Hij noteerde voortdurend lijstjes in zijn agenda, van boodschappen en treintijden tot lijsten van verkocht werk en het gewicht van hemzelf en zijn gezin, maar dit was een heel bijzonder lijstje. Het bevatte de namen van de kunstenaars die toegetreden waren tot de op 25 november 1941 opgerichte Kultuurkamer. In Duitsland zelf was op 22 september 1933 de Reichskulturkammer opgericht door propagandaminister Joseph Goebbels. Ook de Nederlandse variant moest ten dienste staan van de bezetter en zijn nationaalsocialistische ideologie. Trefwoorden waren nationalisme, verbondenheid met land en volk, historisch besef, uitbannen van ′ontaarde, ongezonde, onnatuurlijke creativiteit′ en een ′positief-Germaanse houding′. Elke kunstenaar die wilde exposeren, publiceren of musiceren moest er lid van zijn. Joden waren uitgesloten. Wie lid werd, verklaarde zich formeel akkoord met de politiek van de bezetter.
2018 is bijna voorbij. Op Facebook en in deze sectie brachten we het afgelopen jaar elke week een verhaal over het leven en het werk van M.C. Escher. Alle beelden die we daarin hebben gebruikt hebben we verzameld in deze video. Bedankt iedereen voor de aandacht dit jaar en op naar een net zo rijk gevuld 2019!
In het najaar en de winter van 1930-1931 werkte Escher de schetsen en foto's uit die hij in het voorjaar had gemaakt tijdens een reis door de Italiaanse provincies Campanile en Calabrië, samen met zijn vrienden Giuseppe Haas-Triverio, Roberto Schiess en Jean Roussett. De houtsnedes en litho’s die ervan maakte, dragen de poëtische namen van de plaatsen die hij had bezocht: Palizzi, Morano, Pentedatillo, Stilo, Scilla, Tropea, Santa Severina, Rocco Imperiale, Rossano.
Van het bergplaatsje Pentedatillo was hij zo onder de indruk dat hij er twee houtsnedes en een litho van maakte.
Voor velen is Escher de meester van de illusies. Een tovenaar op papier die je met zijn onmogelijke constructies en wonderlijke metamorfoses inpakt waar je bij staat. Wat hij maakt, kan niet bestaan. Al zie je het met eigen ogen. Toch is dat niet altijd het geval. Escher was inderdaad gefascineerd door de illusies die het platte vlak op kon roepen, maar soms wilde hij ook gewoon de schoonheid in de werkelijkheid laten zien. Drie Werelden is daar een van de mooiste voorbeelden van.