Hier haken we in op data uit het leven en werk van M.C. Escher, kriskras door de tijd maar toch actueel. Geniet het hele jaar door van achtergrondverhalen, anekdotes en weetjes over deze fascinerende kunstenaar.
Op deze pagina uit Maurits' eigen fotoalbum spat het geluk ervan af. Hij en Jetta kennen elkaar sinds de lente van 1923. In een pension in Ravello hadden ze elkaar ontmoet en in de maanden erna groeide de liefde.
Al snel worden er huwelijksplannen gesmeed, hoewel dat vooral onder druk van beider ouders was. Het liefst hadden ze samen nog een tijdje zonder ballast de wereld ontdekt. Als Jetta in november 1923 met haar ouders naar Rome verhuist, gaat Maurits met ze mee. Hij kan haar niet missen. Deze serie is op 27 januari 1924 gemaakt in (waarschijnlijk) het huis van de familie Umiker aan de Via Nicotera in Rome. De uithangende lakens vormen een geïmproviseerde achtergrond voor de geliefden en de blikken die ze uitwisselen.
'Draaiommetjes in het bos'
Zo noemde Escher de wandelingen die hij vrijwel elke dag maakte na het avondeten. In de naoorlogse jaren bracht hij zo uren door in de Baarnsche en Vuursche bossen. Om zijn hoofd leeg te maken maar ook om het te vullen met nieuwe ideeën voor prenten. Vanaf 1951 begon hij die ideeën ook op te schrijven in zijn agenda. Zo noteerde hij dat jaar het volgende:
'Sporen van auto- en fietsbanden perspectivisch gezien, diagonaalsgewijze; Glooiende verdieping met water gevuld: plas. Daarin weerspiegelt zich de maan.'
Dit idee zou hij in februari 1952 uitwerken tot de houtsnede Modderplas. Hij omschreef de prent later zo:
'De wolkenloze avondhemel weerspiegelt zich in een modderplas die na een regenbui in een kuil van een bosweg is achtergebleven. Sporen van twee vrachtauto's, twee fietsen en twee voetgangers zijn in de drassige bodem afgedrukt.'
Op 31 januari 1944 werd Samuel Jessurun de Mesquita door de Duitsers opgepakt. Hij overleed op 11 februari in Auschwitz. De Mesquita was Eschers leermeester, de man die hem ervan wist te overtuigen een carrière in de grafische kunsten te beginnen.
In een interview met Bibeb in Vrij Nederland van april 1968 sprak Escher over de oorlog en over De Mesquita:
'Ik heb nog steeds de grootste moeite met de moffen. Duits kan ik niet horen. Ik was niet bij het verzet betrokken, maar ik had veel joodse vrienden die vermoord zijn. Mijn oude leermeester De Mesquita. Hij wou niet onderduiken. Ze waren Portugese joden de de moffen hadden altijd gezegd, die behoren tot de elite. Op een nacht zijn ze met z'n allen weggehaald..'
U heeft nog een paar weken om een aantal bijzondere houtgravures en houtsnedes van Escher te zien in Het Paleis. Op 28 februari gaan ze weer het depot in en dan komen er weer aantal nieuwe schatten tevoorschijn. Eerder bespraken we al de houtgravure Sprinkhaan en de houtsnede Kathedraal van Doornik.
Vandaag is er aandacht voor Scarabeeën, een houtgravure uit april 1935.
Het is vandaag Gedichtendag, de start van de Poëzieweek. Escher was geen dichter maar hij had wel een poëtische geest. Dat moet wel, gezien zijn duizelingwekkende oeuvre. Zijn werk leent zich ook uitermate goed als onderwerp voor een gedicht. Ter ere van Gedichtendag besteden we aandacht aan een bijzondere uitgave over Escher waarvan het titelblad dichtbij een gedicht komt.
In 1958 verscheen bij de bibliofiele Stichting De Roos zijn boek Regelmatige vlakverdeling. Deze zeer bijzondere uitgave is het bekendste en antiquarisch meest kostbare boek van deze stichting, die literaire uitgaven voor bibliofielen maakte in een oplage van 175 exemplaren.
'Een graficus heeft in zijn wezen iets van een troubadour;'
Vissen en vogels zijn de favoriete dieren van Escher. Althans, dat zou je concluderen als je zijn werk bekijkt. Toen hij eind jaren 30 flink aan het experimenteren was met vlakvullingen kwam hij al snel uit bij de vorm van een vis of een vogel. Die lenen zich goed voor het pas- en meetwerk dat hoort bij de techniek. Daarom komen ze steeds terug.
Van 26 april tot en met 28 juni 1936 maakt Escher per vrachtschip een rondreis langs de kusten van Italie en Spanje. Per trein gaat hij ook het binnenland in. Zijn vrouw Jetta vergezelt hem op een deel van de reis. Het paar genoot enorm. Het jaar daarvoor waren ze naar het Zwitserse Château-d’Oex verhuisd en ze hadden Italie in de tussentijd al flink gemist. Op 13 juni kwam Escher per vrachtschip aan in Livorno. Jetta was de dag ervoor weer naar huis gegaan.
Op 14 januari 1898 stierf Lewis Carroll, de Britse auteur die wereldwijde faam verwierf met Alice's Adventures in Wonderland en Through the Looking-glass. Carroll overleed vijf maanden voordat Escher werd geboren. Hoewel hun levens elkaar dus niet gekruisd hebben, zijn er veel overeenkomsten tussen de schrijver en de kunstenaar. Beiden waren griezelig mager, verslaafd aan lange wandelingen, bezeten van het uitgebreid documenteren van hun leven, gek op schaken en geïntrigeerd door spelelementen en de toepassing daarvan in hun werk.
De duizelingwekkende prent Andere wereld hoort bij de topstukken van M.C. Escher. En dat is niet voor niets. Hij maakte deze combi van houtsnede en houtgravure in januari 1947. Het is alsof je door de ramen van een zwevend bakstenen kamertje naar een met kraters gevuld maanlandschap kijkt. Dat is op zichzelf al bijzonder genoeg, maar wat dit werk echt indrukwekkend maakt is dat Escher drie blikken (nadir, horizon en zenith) op die maan in één beeld verenigt.
De eerste post van dit jaar: een doodskop. Net de meest voor de hand liggende keuze maar voor Escher is het niet zo raar. Hij heeft meerdere doodskoppen en skeletten gemaakt. Losse werken maar ook als onderdeel van een affiche of een monogram. Dit is de allereerste, van januari 1917.
Maurits is 18 en gefascineerd door dit symbool van vergankelijkheid. Juist in zijn jonge jaren was hij ermee bezig, wat weer niet zo gek is voor een tobbende adolescent.